Eén van de meest consistente bevindingen die al in 1992 (Anderson & Nagy, 1992) uit woordenschatonderzoek naar voren kwam, is dat een beperkte woordenschat bijna altijd leidt tot slechte schoolresultaten. Een goede woordenschat is namelijk belangrijk voor de taalvaardigheid van kinderen en een belangrijke voorspeller van leesvaardigheid (o.a. Gorey, 2001) en leesbegrip (Verhoeven, Van Leeuwe & Vermeer, 2011). Het vormt ook de basis voor veel andere vakken. Daarnaast zorgt het ervoor dat een kind zich goed kan uiten. Uit onderzoek blijkt echter dat de woordenschat van veel leerlingen te wensen overlaat (o.a. Verhoeven & Vermeer, 2001; Welie, 2013). Het is dus belangrijk om te werken aan het vergroten van de woordenschat.
Benieuwd naar de rest van dit artikel?
Deze content is onderdeel van een editie. Maak een keuze: