U bent hier:

Een effectieve aanpak voor het onderwijzen van dubbel bijzondere leerlingen - 32/2

Thema

In het moderne onderwijs staat inclusiviteit centraal, waarbij leraren worden uitgedaagd om aan de diverse behoeften van leerlingen te voldoen. Een speciale groep leerlingen die bijzondere aandacht vereist, zijn de dubbel bijzondere (double gifted) leerlingen: leerlingen die begaafd zijn en tegelijkertijd uitdagingen ondervinden zoals leerstoornissen of ontwikkelingsstoornissen (LD/DD). Om deze leerlingen effectief te ondersteunen, is het Systemic Support Program (SSP) ontwikkeld als een gestructureerde benadering om op maat gemaakte interventies te ontwikkelen. Dit artikel beschrijft het onderzoek naar de effectiviteit van het SSP en de ervaringen van leraren die het programma hebben toegepast. Allereerst wordt er aandacht besteed aan de definiëring van dubbel bijzondere leerlingen. Wat betekent dubbel bijzonder en welke problemen worden er waargenomen?

Definiëring van dubbel bijzondere leerlingen

Dubbel bijzondere leerlingen worden ook wel ‘twice exceptionals’ genoemd. De internationale definitie van twice exceptional students’, die ook in Nederland als werkdefinitie wordt gebruikt, is: ‘Een dubbel bijzondere leerling is een leerling die zowel geïdentificeerd wordt als een begaafde leerling als dat is vastgesteld dat hij belemmerd wordt door een leer- of ontwikkelingsstoornis’ (Reis et al, 2014). Bij de definiëring van dubbel bijzondere leerlingen komen twee normatieve concepten samen. Het eerste concept is begaafdheid en het tweede concept is een leer- en/of ontwikkelingsstoornis (Van Gerven & Weterings-Helmons, 2023). Bij het concept begaafdheid wordt gezocht naar gedrag en prestaties die in een samenleving op dat moment als uitzonderlijk worden beschouwd (Bakx et al., 2021b; Borland, 2005; Dai & Chen, 2013; Gagné, 2013; Kreger-Silverman, 2013; Sternberg, 2005; Van Gerven, 2009). Bij een stoornis is er sprake van een langdurig, hardnekkig en in functioneren beperkend individueel gedrag dat zich in meerdere contexten manifesteert en waarbij opzet niet aan de orde is (APA, 2022). Een leerprobleem wordt door omgevingsfactoren veroorzaakt. Deze sluiten nog onvoldoende aan op de onderwijsbehoeften van een individuele leerling. Volgens Weterings-Helmons (2023) kan het (leer)gedrag door een stoornis of door een probleem er hetzelfde uitzien voor de omgeving, waardoor het voor een onderwijsprofessional complex kan zijn om dit te herkennen.

‘Misdidactiek en misdiagnoses kunnen een passend onderwijsaanbod in de weg zitten’

Problemen van dubbel bijzondere leerlingen

Dubbel bijzondere leerlingen leven iedere dag in twee werelden: de wereld van basaal vermogen en de wereld van basaal onvermogen (Baum et al., 2017; Trail, 2022). Volgens Weterings-Helmond hebben dubbel bijzondere leerlingen in de basis het potentieel om in algemene en specifieke domeinen te excelleren. Doordat het samengaat met een leer- en/of ontwikkelingsstoornis, zal dit excelleren onder druk staan. De combinatie van begaafdheid met een leer- en/of ontwikkelingsstoornis levert dan ook aanvullende kenmerken en aanvullende onderwijsbehoeften op (Atmaca & Balogu, 2022; Baum et al., 2017; Fugate, 2020; Hébert, 2021; Maddocks, 2020). Beverly Trail (2011) heeft de impact van het bovenstaande onderzocht. Hieruit blijkt dat dubbel bijzondere leerlingen in vier domeinen (leergedrag, academische prestaties, interpersoonlijk functioneren en intrapersoonlijk begrip) drempels en krachten ervaren. Door Trail worden deze samengebracht in de Risk and Resilience Disc.

Ieder mens is onderdeel van een groter geheel. Volgens Christensen (2010) wordt hierbij onderscheid gemaakt tussen een micro-, meso-, exo- en macrosysteem. Deze systemen hebben invloed op wat er op iedere laag gebeurt (systeemgericht denken). Bronfenbrenner (1979) heeft vanuit deze gedachte het ecologisch systeem uitgewerkt. Van Meersbergen en De Vries (2013) hebben deze ecologie verder uitgewerkt naar de onderwijscontext. De interactie tussen factoren en actoren (personen) beïnvloedt de resultaten van het onderwijsleerproces van de leerling (Ziegler et al., 2017). Onderwijsbehoeften worden veelal vanuit begaafdheid en vanuit de stoornis vastgesteld. Deze onderwijsbehoeften kunnen soms paradoxaal zijn (Fugate, 2020; McCallum et al., 2013; Troxclair, 2019).

Misdidactiek en misdiagnoses

Misdidactiek en misdagnoses kunnen een passend onderwijsaanbod in de weg zitten. Er moeten twee parallelle aanpassingen gedaan worden in het onderwijsaanbod: één vanuit de begaafdheid en één vanuit de stoornis. Het is dan een integratie van twee werelden. Wordt dat niet gedaan, dan is de kans op het behalen van successen minimaal (Baum et al., 2017; Trail. 2022).

Het Systemic Support Program (SSP)

Het SSP is ontworpen als een systematische methode om leraren te begeleiden bij het ontwerpen van interventies voor dubbel bijzondere leerlingen. Het programma omvat verschillende fasen, waaronder verkenning van de behoeften van de leerlingen, ontwerp van interventies, implementatie van interventies en monitoring van de resultaten. Het richt zich op het bevorderen van een oplossingsgerichte benadering waarbij de sterke punten van de leerlingen worden benut om uitdagingen aan te gaan. Dit SSP bestaat uit de onderdelen Systemisch Exploreren (SE) en Systemisch Interveniëren (SI). Deze fasen worden gekenmerkt door een procesaanpak die stapsgewijs is. Deze stappen worden per leerling anders ingevuld met leerlingspecifieke informatie en dat leidt uiteindelijk tot het beoogde maatwerk (Weterings-Helmons, 2023). Deze methode wordt uitvoerig beschreven in het boek De Gids 2.0 (Van Gerven et al., 2023).

Stappenplan Systemisch exploreren:

Stap 1: Stel de veranderingsbehoefte vast.
Stap 2: Zoek naar gouden momenten.
Stap 3: Analyseer het gouden moment.
Stap 4: Zoek naar aanwezige competenties. (Weterings-Helmons, 2023).

Stappenplan Systemisch interveniëren:
Stap 1: Beschrijf de ideale situatie.
Stap 2: Waardeer de veranderingsbehoefte t.o.v. de ideale situatie.
Stap 3: Bepaal je doel: zet een babystapje.
Stap 4: Formuleer de gouden zinnen.
Stap 5: Ontwerp een onderbouwd handelingsplan.
Stap 6: Start met het handelingsplan. Monitor het proces en de resultaten.
Stap 7: Evalueer het proces en de resultaten van je handelingsplan. (Weterings-Helmons, 2023).

Methode

Voor dit onderzoek werden verschillende methoden gebruikt, waaronder interviews, observaties en casestudy’s. Het onderzoek maakte deel uit van een breder evaluatieproces van een tweejarige cursus voor leraren om specialisten te worden in het onderwijzen van dubbel bijzondere leerlingen. Deelnemende leraren werden gedurende het proces gevolgd en hun ervaringen werden zorgvuldig gedocumenteerd.

‘Waardeer de veranderingsbehoefte ten opzichte van de ideale situatie’

Resultaten

Uit het onderzoek bleek dat het SSP een effectieve strategie is voor het ontwerpen van interventies voor dubbel bijzondere leerlingen. Leraren meldden verbeteringen in het welzijn van leerlingen en een afname van emotionele uitbarstingen als gevolg van het programma. Ook werd positieve feedback ontvangen van ouders over de interventies die werden uitgevoerd. Leraren voelden zich competenter in het omgaan met de complexe behoeften van dubbel bijzondere leerlingen en waardeerden de gestructureerde aanpak van het SSP.

Discussie

De bevindingen benadrukken het belang van het SSP als een effectieve benadering voor het onderwijzen van dubbel bijzondere leerlingen. Het programma biedt leraren een gestructureerde aanpak om op maat gemaakte interventies te ontwerpen die rekening houden met de complexe behoeften van deze leerlingen. Het bevordert een oplossingsgerichte benadering die gericht is op het identificeren van de sterke punten van de leerlingen en het vinden van manieren om deze te benutten om de uitdagingen aan te gaan.

Conclusie

Het onderzoek toont aan dat het Systemic Support Program een waardevol instrument is voor leraren die werken met dubbel bijzondere leerlingen. Het biedt een effectieve benadering voor het ontwerpen van op maat gemaakte interventies die de behoeften van deze leerlingen adresseren en hun kansen op succes in het onderwijs vergroten. Verdere studies zijn nodig om de impact van het SSP op lange termijn te evalueren en om aanvullende ondersteuning te bieden aan leraren die werken met dubbel bijzondere leerlingen.

Limitatie

Dit artikel richt zich op leraren die het Systemic Support Program (SSP) gebruiken, met instructie- en coachingsessies die voorheen in persoon werden gegeven maar tijdens de pandemie online plaatsvonden. Leraren rapporteerden geen significante verschillen in hun capaciteiten tussen in-persoon en online instructie, maar merkten op dat het SSP hun vermogen om op maat gemaakte interventies te ontwikkelen en succes te behalen vergrootte, vooral in de verkenningsfase. Het SSP, oorspronkelijk ontworpen voor leerlingen met leer- en ontwikkelingsstoornissen, bleek effectief te zijn bij het ontwikkelen van interventies. Dit is bemoedigend, gezien de beperkte aandacht voor dubbel bijzondere leerlingen in lerarenopleidingen wereldwijd, inclusief Nederland. Leraren ervaren vaak een gebrek aan competentie in het lesgeven aan begaafde en dubbel bijzondere leerlingen, en ontwikkelen deze competenties pas wanneer ze persoonlijke urgentie voelen. Echter, de huidige structuur van het onderwijssysteem creëert spanning tussen wenselijke veranderingen en haalbaarheid.